Zeesponzen:
Soorten, namen en gedrag
De spons is een van de allereerste meercellige organismen die ooit hun opwachting maakten op aarde. Veel mensen denken dat ze met een plant te maken hebben, maar vergis je niet: deze ogenschijnlijk eenvoudige wezentjes zijn echte dieren! Wanneer een eicel van een spons bevrucht wordt, ontstaat er na een paar dagen een larve. Deze larve wordt onderdeel van het plankton en kan zo grote afstanden afleggen om zich elders te vestigen. Op reis dus, al zwevend op de stromingen van de zee.
Sponzen voeden zich met kleine deeltjes die in het water zweven, door dat water continu te filteren. Daarbij nemen ze bacteriën, algen en allerlei opgeloste organische stoffen op. Een soort natuurlijke waterzuiveraars, dus.
Ze spelen een cruciale rol in koraalriffen, niet alleen omdat ze het water helder houden, maar ook vanwege hun betekenis voor de medische wereld. Uit sponzen worden stoffen gehaald die worden gebruikt voor de ontwikkeling van medicijnen. Zelfs in het verre verleden had de spons al een niet te onderschatten rol.
Sponzen kunnen zich op verschillende manieren voortplanten. Soms laten ze kleine stukjes weefsel los, die op eigen houtje uitgroeien tot een nieuwe spons. Daarnaast planten ze zich ook geslachtelijk voort. Op bepaalde momenten – voor duikers een spectaculair schouwspel – stoten sponzen massaal hun spermatozoën uit via openingen aan de bovenkant. Dit fenomeen staat bekend als ‘roken’. Andere sponzen filteren deze zwevende zaadcellen uit het water, waarna ze binnenin het lichaam eicellen bevruchten. De ontstane larven zweven vervolgens een paar dagen als onderdeel van het zoöplankton, totdat ze een geschikte plek vinden om zich vast te zetten.
Men vermoedt dat de eerste sponzen in de zeeën ervoor hebben gezorgd dat er meer zuurstof in het diepere water terechtkwam. Zonder sponzen, zo denkt men nu, had ander leven zich misschien nooit kunnen ontwikkelen.
Strawberry vase sponge (Mycale laxissima)
8 tot 30 cm (3 until 12 in)

De Rode Vaasspons is een opvallende verschijning op het Caribisch rif. Met haar dieproze tot felrode kleur en vaasvorm lijkt ze zo uit een onderwaterboeket geplukt! Deze spons leeft vaak op koraalformaties, waar ze via duizenden kleine poriën water filtert en zo bijdraagt aan de gezondheid van het rif. Ze voelt zacht en fluweelachtig aan, maar laat je niet misleiden: ze zit vol slimme verdedigingsstoffen die haar beschermen tegen hongerige vissen. Een kleurrijk én nuttig onderwaterkunstwerkje.
Giant barrel sponge (Xestospongia muta)
Diameter tot 1.8 metres (6 feet)

Giant barrel sponge (Xestospongia muta)
Diameter 1.8 metres (6 feet)
Bij Curaçao stond een Grote Bekerspons waarvan men aannam dat hij stamde uit enkele eeuwen voor Christus (2300 jaar oud). Inmiddels is deze grote bekerspons helaas dood. Maar exemplaren van meer dan een eeuw zijn geen uitzondering.
De grote bekerspons is een spons die je steeds meer ziet rond Bonaire, curacao, Aruba. Het is de grootste sponzensoort ter wereld en er zijn exemplaren bekend die groter zijn dan olievaten.
Door zijn omvang kan hij dan ook enorm veel water opnemen en verwerken. Dat verwerken vindt plaats doordat het water door de poriën in de buitenwand naar binnen wordt gevoerd door speciale cellen zodat het voedsel, in de vorm van plankton, daar uit gefilterd kan worden. Het gefilterde water wordt afgevoerd maar is daardoor wel ‘gezuiverd’ van een groot deel van de algen.
Blue tube sponge (Haliclona xena)
Hoogte 2 meter (6,5 feet)

Heel karakteristiek voor het Caribisch gebied zijn de Buissponzen, vaak in groepjes en soms wel 2 meter hoog.
Om zo groot te worden is een stevige constructie nodig. De spons ontleent zijn stevigheid aan de aanwezigheid van minuscule kiezel, hoorn, of kalkachtige naaldjes (spicula) in zijn weefsel. Een bijkomend voordeel van deze naaldjes, is dat hij voor de meeste zeedieren moeilijk te verteren is. Slechts een klein aantal zeedieren heeft spons op het menu staan, waaronder enkele soorten Keizervissen, een aantal naaktslakken, en de karetschildpad.